vrijdag 14 november 2014

Ontstaansgeschiedenis ELBA


Het is al even geleden dat ik een nieuwe aflevering maakte.
Wordt wel weer eens tijd.

Ik ben in de geschiedenis van Elba gedoken.
 

Ontstaansgeschiedenis van het gebied Elba


                                            

Recente foto van het gebied: rechtsboven het dorp Grevenbicht, midden in de Maas bij de grindbank middenin vaart het fiets/voetveer in de zomer.

De 2 visvijvers van Elba, overblijfselen van grindwinning in de jaren 50 zijn goed zichtbaar. 
De naam Elba, zoals het natuurgebied nu genoemd wordt,  is natuurlijk heel apart; is er een link naar het eiland Elba voor de Italiaanse kust? De plek waarheen Napoleon in 1813 verbannen werd?

 

De moeite waard om eens in de geschiedenis van het gebied te duiken.

Het precieze tijdstip waarop de naam Elba voor het eerst voorkomt is niet helemaal duidelijk maar zal rond 1830 liggen. Het ligt dus erg voor de hand dat de naam verwijst naar Napoleon: het is kort nadat de Franse overheersing eindigt in 1815.
Waarschijnlijk heeft een dorpsbewoner op een moment als grap de naam Elba gebruikt en is deze door iedereen overgenomen.
Door de vele veranderingen als gevolg van hoog water, ijsgang en dijkdoorbraken, zeker in de begintijd, is de geschiedenis moeilijk te volgen. Het is zelfs niet echt duidelijk wanneer Elba vasteland, eiland of schiereiland genoemd moet worden. Feitelijk is het gebied niet erg lang, maar een paar decennia,  eiland geweest.

Doordat de politieke situatie in het gebied rond de Maas gedurende de 19e eeuw nogal eens verandert is er ook nogal eens wisselingen in de status van het gebied Elba.

Tot 1830 behoort het tot het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, van 1830-1839 hoort het bij België en  vanaf 1839 wordt het weer Nederlands grondgebied.

In de eerste periode zijn er steeds strubbelingen tussen de 2 landen, er is geldgebrek en er zijn vaak problemen met de waterschapszorg. Er is bijvoorbeeld langdurig onenigheid over het feit dat België water aan de Maas onttrekt voor bevloeiing van grote heidegebieden in de Kempen: het land heeft dan grote behoefte aan hooi voor de paarden van het leger!

Pas in 1863 komt er een goede overeenkomst tussen beide landen waarin wateraftappingen, onderhoud van de Maas en kostenverdeling worden geregeld. Vanaf dat moment verbeteren de betrekkingen en is er goed overleg mogelijk.

Eeuwenlang treffen alle zelfstandige steden en staatjes langs de Maas in hun eigen gebied maatregelen om de overlast van de rivier te beperken. Ook wordt de loop van de rivier soms aangepast ten gunste van de visserij, de scheepvaart, of in pogingen land te winnen. soms met succes maar vaak ook met  rampzalige effecten op andere plekken. Men heeft in die tijden nog niet voldoende inzicht in de complexiteit van een dergelijke rivier. De aanleg van een dijk aan de ene kant zorgt dan voor overstromingen aan de andere kant.

Omdat de Maas een regenrivier is, komt er soms in korte tijd een enorme hoeveelheid water stroomafwaarts,  waardoor vaak overstromingen en dijkdoorbraken voorgekomen zijn.

In die tijd acht men kanalisatie van de rivier onmogelijk, zowel uit technisch maar ook uit financieel oogpunt.

Voor de scheepvaart wordt  de Zuid Willemsvaart gegraven (1826)

 De problemen in de winter 1816-1817, waarbij de meander van Negenoord kortgesloten wordt,  is waarschijnlijk niet alleen door de natuur veroorzaakt.

De Maas breekt dan bij hoge waterstand en ijsgang door de zg. stompdijk bij Obbicht en zoekt een nieuwe weg. Hier wordt voorgoed het dorp Obbicht gescheiden van Negenoord.

Bij deze doorbraak wordt de grondslag van het eiland Elba gelegd.

Het eiland Elba heeft niet meteen z’n uiteindelijke afmetingen en vorm. In de beginperiode is Elba verbonden met het vasteland door een grindbank die niet altijd droog staat. Bij hoog water zoekt het water een kortere weg en stroomt oostelijk van het eiland.

Er zijn veel geulverleggingen die grond en stenen verplaatst hebben.
Een plankaartje van 1819 van ingenieur van Waterstaat E. de Kruijff. Hierop heeft auteur Louis Broekmeulen (Ontstaan en verlanding van het eiland Elba)  ingetekend waar het latere Elba ontstond.

 
Op een historische kaart met de grensscheiding tussen de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden kan voor het eerst de voorganger van het eiland Elba worden herkend. Deze kaart werd gemaakt naar aanleiding van de Londense conferentie die op  20 januari 1831 gehouden werd over de verdeling van Limburg tussen Nederland en België.

Op een kaart van de waarnemend hoofdingenieur voor de provincie Limburg,  Kümmer, vervaardigd ten behoeve van de minister van Openbare Werken van Belgie, is een later stadium van het eiland te zien. Ook daar heeft het zijn grootste omvang nog niet bereikt.

 
Op een tekening voor de topografische militaire kaart  uit ca. 1840 is een doorwaadbare plaats te zien van waar uit Elba en Negenoord van Grevenbicht en Stokkem bereikt kunnen worden. de hoofdstroom loopt westelijk van het “eiland”.
 Later worden op die oversteekplaats 2 dammen in elkaars verlengde aangelegd. 
 
Een militaire kaart van 1842 laat voor het eerst een volledig ontwikkeld eiland Elba zien. Het heeft in die tijd een omvang van 750 mtr. lang en 250 mtr. breed op de grootste breedte.
De naam Elba staat niet op die kaart, (is door de auteur zelf toegevoegd)  maar deze naam is dan vermoedelijk bij de plaatselijke bevolking in gebruik.
Het eiland is alleen bereikbaar via de grindbank of bij hoger water met een boot.
In het gebied rond Elba zijn dan 2 veerbootjes in de vaart: de een tussen Obbicht en Stokkem, de andere ter hoogte van grenspaal 119 tussen Grevenbicht naar het puntje van de Boyen. Voor de hand ligt dat het veerbootje ook op Elba aanlegt.
 
Nog een andere kaart van het gebied: ook op deze Tranchotkaart van 1806 is de situatie van 1842 van Elba ingetekend door de auteur Louis Broekmeulen

 
Na 1842 blijft Elba lange tijd onveranderd, maar zowel door Nederland als Belgie probeert men in de jaren 1850-1860 het eiland in te lijven bij het vasteland. De grindbank wordt opgehoogd en er worden  dammen gelegd.
 
Op een rivierkaart van 1846 is voor het eerst de naam Elba aangegeven.

 
Topkaart 1849
 
Een kaart van 1866 – uitgave Hugo Suringar 

 
 
In 1872 maakt een landmeter in opdracht van Grevenbicht en Stokkem een kaart “griend de Elba gerechtelijk toebehoorende aan de gemeentens Grevenbicht en Stockheim”.  Hierop zijn grondpercelen van het voormalige eiland en het nieuw aangegroeide vasteland opgetekend. Vermoedelijk bedoeld om de verkoop van percelen grond te vergemakkelijken.  De kaart wordt goedgekeurd door de gemeentebesturen.
In 1880 zorgt hoog water in januari, maart en december voor overstromingen; zowel de dammen aan de noord- als aan de zuidzijde van Elba bezwijken zodat het gebied opnieuw eiland is.
Hierna moeten nog een paar keer nieuwe dijken worden aangelegd.
 
Op een kaart van 1891 is te zien dat Elba weer deel uitmaakt van het vasteland.  De dammen zorgen voor het afsluiten van de geul en ook ontstaat hierdoor landaanwas die tot op vandaag bestaat.

Op deze kaart zijn ook de beide voetveren te zien, noordelijk en zuidelijk van het gebied Elba.
 
Een kaart van Rijkswaterstaat uit 1896 geeft een gedetailleerd beeld.


 
De contouren van het eiland zijn nog wel te herkennen, net zoals op de kaart van 1891, maar het eiland is helemaal opgenomen in de uiterwaarden van de Maas. De aangelegde dammen sloten blijkbaar niet alleen de stroomgeul af maar zorgden ook voor landaanwas die tot op de dag van vandaag is blijven bestaan.
 
Ook in de 20e eeuw maakt het gebied roerige tijden mee.
 Nu worden veranderingen niet alleen veroorzaakt door de natuur maar ook door de mens:
In 1924 wordt door de Limburgsche Tramweg Maatschappij (L.T.M.) een tramlijn Roosteren-Buchten-Grevenbicht aangelegd voor goederenvervoer.   De tramlijn loopt van Echt naar Grevenbicht.
 
 
Vanaf 1922 krijgt de L.T.M. van de gemeente Grevenbicht concessie om in het gebied Kwakkertengriend zand en grind te winnen.
In 1925/1926 wordt de tramlijn met 1600 meter verlengd tot aan de grinderij van de LTM om zand en grind te vervoeren.
De LTM gaat er in die tijd van uit dat ze ook het kolenvervoer van de Staatsmijnen Maurits zullen  gaan uitvoeren en voorziet grote uitbreidingen van haar spoorlijnen. Daarvoor zou veel zand en grind nodig zijn. Maar het loopt  anders: de kolenlijn van de Maurits-Grevenbicht gaat niet door en later, in 1935 besluit de minister van Waterstaat dat de Nederlandse Spoorwegen en niet de LTM aangewezen wordt om het kolenvervoer te verzorgen.
Ook andere ontwikkelingen zoals de aanleg van het Julianakanaal en de oprichting van de busdienst Veders en Cramers , beide gestart in 1925, hebben invloed op de ontwikkelingen.
De grindwinning blijkt voor de LTM lang niet zo lucratief te zijn als gedacht, in 1927 wordt alleen nog maar voor eigen gebruik grind gewonnen en in 1933 stopt het hele grindproject van de LTM.
Na 1933 wordt het hele spoorlijntje gesloopt.


In de winter van 1924/1925 krijgt het gebied weer te maken met hoog water en is er een doorbraak, zoals te zien op een kaartje van 1925
In de jaren 50 laat de gemeente Grevenbicht in het gebied Elba en de Griend 30 ha. Maasuiterwaarden uitbaggeren. Er wordt  10-12 meter diep gegraven om een jaarlijkse zand- en grindproductie van 200 – 250 ton te krijgen. Een mooie bron van inkomsten voor de gemeente!

Er worden duidelijke afspraken gemaakt: de bovenste teellaag zal tijdelijk elders opgeslagen, de gaten met mijnsteen opgevuld waarna de bovenste laag weer teruggebracht zal worden om weer prima grasland te krijgen.


Het loopt anders: de gaten zijn lang niet allemaal meer  gedicht. De visvijvers op Elba zijn daarvan de overblijfselen. Veel van het opvullen is gebeurd met vervuild mijnmateriaal waar tot op heden de nadelige gevolgen van gebleven zijn.
  
De laatste grote overstromingen  in 1993 en 1995 geven enorme overlast in de dorpen langs de Maas, ook in Grevenbicht en Obbicht.
 
Er moeten veel mensen geëvacueerd worden. Koningin Beatrix komt zich op de hoogte stellen van de situatie en spreekt de mensen moed in.
In 2010 is het nogmaals hoog water maar het levert geen problemen op voor de dorpen.
Op Elba ontstaat dan wel een grote en vrij diepe kolk, noordelijk van de noordelijke vijver.

 
 
 
Inmiddels staat deze kolk in de zomer helemaal vol met bloeiende planten. De reuzenbalsemienen die daar staan hebben stengels tot zo'n 3 meter om licht te zoeken.
 
De Maas blijft altijd een rivier die voor verrassingen kan zorgen, maar grote beddingverleggingen zoals in de 19e eeuw nog voorkwamen, behoren zeer waarschijnlijk  tot het verleden.

In 1995 wordt het gebied Elba, 13 ha. groot, aangekocht door Natuurmonumenten.

Nog een stukje vrij recente geschiedenis: in 2008 wordt in Born de 18-jarige Jeanny Wagemans vermist.  Een paar dagen later wordt haar lichaam gevonden bij de visvijver op Elba.

Haar voormalige vriend heeft haar om het leven gebracht en haar lichaam op Elba verborgen.




Dit monumentje aan de weg bij Elba is tot op heden een herinneringsplek voor Jeanny.