Het is al even geleden dat ik een nieuwe aflevering maakte.
Wordt wel weer eens tijd.
Ik ben in de geschiedenis van Elba gedoken.
Ik ben in de geschiedenis van Elba gedoken.
Ontstaansgeschiedenis van het gebied Elba
Recente foto van het gebied: rechtsboven het dorp Grevenbicht, midden in
de Maas bij de grindbank middenin vaart het fiets/voetveer in de zomer.
De 2 visvijvers van Elba, overblijfselen van grindwinning in de jaren 50
zijn goed zichtbaar.
De naam Elba,
zoals het natuurgebied nu genoemd wordt,
is natuurlijk heel apart; is er een link naar het eiland Elba voor de
Italiaanse kust? De plek waarheen Napoleon in 1813 verbannen werd?
De moeite
waard om eens in de geschiedenis van het gebied te duiken.
Het precieze
tijdstip waarop de naam Elba voor het eerst voorkomt is niet helemaal duidelijk
maar zal rond 1830 liggen. Het ligt dus erg voor de hand dat de naam verwijst
naar Napoleon: het is kort nadat de Franse overheersing eindigt in 1815.
Waarschijnlijk
heeft een dorpsbewoner op een moment als grap de naam Elba gebruikt en is deze
door iedereen overgenomen.
Door de vele
veranderingen als gevolg van hoog water, ijsgang en dijkdoorbraken, zeker in de
begintijd, is de geschiedenis moeilijk te volgen. Het is zelfs niet echt
duidelijk wanneer Elba vasteland, eiland of schiereiland genoemd moet worden.
Feitelijk is het gebied niet erg lang, maar een paar decennia, eiland geweest.
Doordat de
politieke situatie in het gebied rond de Maas gedurende de 19e eeuw
nogal eens verandert is er ook nogal eens wisselingen in de status van het
gebied Elba.
Tot 1830
behoort het tot het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, van 1830-1839 hoort
het bij België en vanaf 1839 wordt het weer
Nederlands grondgebied.
In de eerste
periode zijn er steeds strubbelingen tussen de 2 landen, er is geldgebrek en er
zijn vaak problemen met de waterschapszorg. Er is bijvoorbeeld langdurig
onenigheid over het feit dat België water aan de Maas onttrekt voor bevloeiing
van grote heidegebieden in de Kempen: het land heeft dan grote behoefte aan
hooi voor de paarden van het leger!
Pas in 1863
komt er een goede overeenkomst tussen beide landen waarin wateraftappingen, onderhoud
van de Maas en kostenverdeling worden geregeld. Vanaf dat moment verbeteren de
betrekkingen en is er goed overleg mogelijk.
Eeuwenlang treffen alle zelfstandige steden en staatjes langs de Maas in hun eigen gebied maatregelen om de overlast van de rivier te beperken. Ook wordt de loop van de rivier soms aangepast ten gunste van de visserij, de scheepvaart, of in pogingen land te winnen. soms met succes maar vaak ook met rampzalige effecten op andere plekken. Men heeft in die
tijden nog niet voldoende inzicht in de complexiteit van een dergelijke rivier.
De aanleg van een dijk aan de ene kant zorgt dan voor overstromingen aan de
andere kant.
Omdat de Maas
een regenrivier is, komt er soms in korte tijd een enorme hoeveelheid water
stroomafwaarts, waardoor vaak
overstromingen en dijkdoorbraken voorgekomen zijn.
In die tijd
acht men kanalisatie van de rivier onmogelijk, zowel uit technisch maar ook uit
financieel oogpunt.
Voor de
scheepvaart wordt de Zuid Willemsvaart
gegraven (1826)
De Maas breekt
dan bij hoge waterstand en ijsgang door de zg. stompdijk bij Obbicht en zoekt
een nieuwe weg. Hier wordt voorgoed het dorp Obbicht gescheiden van Negenoord.
Bij deze
doorbraak wordt de grondslag van het eiland Elba gelegd.
Het eiland
Elba heeft niet meteen z’n uiteindelijke afmetingen en vorm. In de beginperiode
is Elba verbonden met het vasteland door een grindbank die niet altijd droog
staat. Bij hoog water zoekt het water een kortere weg en stroomt oostelijk van
het eiland.
Er zijn veel
geulverleggingen die grond en stenen verplaatst hebben.
Een
plankaartje van 1819 van ingenieur van Waterstaat E. de Kruijff. Hierop heeft
auteur Louis Broekmeulen (Ontstaan en verlanding van het eiland Elba) ingetekend waar het latere Elba ontstond.
Op een kaart van de waarnemend hoofdingenieur voor de provincie Limburg, Kümmer, vervaardigd ten behoeve van de minister van Openbare Werken van Belgie, is een later stadium van het eiland te zien. Ook daar heeft het zijn grootste omvang nog niet bereikt.
Op een
tekening voor de topografische militaire kaart uit ca. 1840 is een doorwaadbare plaats te
zien van waar uit Elba en Negenoord van Grevenbicht en Stokkem bereikt kunnen
worden. de hoofdstroom loopt westelijk van het “eiland”.
Later worden op die oversteekplaats 2 dammen
in elkaars verlengde aangelegd.

Een militaire
kaart van 1842 laat voor het eerst een volledig ontwikkeld eiland Elba zien.
Het heeft in die tijd een omvang van 750 mtr. lang en 250 mtr. breed op de
grootste breedte.
De naam Elba
staat niet op die kaart, (is door de auteur zelf toegevoegd) maar deze naam is dan vermoedelijk bij de
plaatselijke bevolking in gebruik.
Het eiland is
alleen bereikbaar via de grindbank of bij hoger water met een boot.
In het gebied
rond Elba zijn dan 2 veerbootjes in de vaart: de een tussen Obbicht en Stokkem,
de andere ter hoogte van grenspaal 119 tussen Grevenbicht naar het puntje van
de Boyen. Voor de hand ligt dat het veerbootje ook op Elba aanlegt.
Nog een andere
kaart van het gebied: ook op deze Tranchotkaart van 1806 is de situatie van
1842 van Elba ingetekend door de auteur Louis Broekmeulen
Na 1842 blijft
Elba lange tijd onveranderd, maar zowel door Nederland als Belgie probeert men
in de jaren 1850-1860 het eiland in te lijven bij het vasteland. De grindbank
wordt opgehoogd en er worden dammen
gelegd.
Op een rivierkaart
van 1846 is voor het eerst de naam Elba aangegeven.
Een kaart van
1866 – uitgave Hugo Suringar
In 1872 maakt
een landmeter in opdracht van Grevenbicht en Stokkem een kaart “griend de Elba
gerechtelijk toebehoorende aan de gemeentens Grevenbicht en Stockheim”. Hierop zijn grondpercelen van het voormalige
eiland en het nieuw aangegroeide vasteland opgetekend. Vermoedelijk bedoeld om
de verkoop van percelen grond te vergemakkelijken. De kaart wordt goedgekeurd door de
gemeentebesturen.
In 1880 zorgt
hoog water in januari, maart en december voor overstromingen; zowel de dammen
aan de noord- als aan de zuidzijde van Elba bezwijken zodat het gebied opnieuw
eiland is.
Hierna moeten
nog een paar keer nieuwe dijken worden aangelegd.
Op een kaart
van 1891 is te zien dat Elba weer deel uitmaakt van het vasteland. De dammen zorgen voor het afsluiten van de
geul en ook ontstaat hierdoor landaanwas die tot op vandaag bestaat.
Op deze kaart
zijn ook de beide voetveren te zien, noordelijk en zuidelijk van het gebied
Elba.
Een kaart van
Rijkswaterstaat uit 1896 geeft een gedetailleerd beeld.
De contouren van het
eiland zijn nog wel te herkennen, net zoals op de kaart van 1891, maar het
eiland is helemaal opgenomen in de uiterwaarden van de Maas. De aangelegde
dammen sloten blijkbaar niet alleen de stroomgeul af maar zorgden ook voor
landaanwas die tot op de dag van vandaag is blijven bestaan.
Ook in de 20e
eeuw maakt het gebied roerige tijden mee.
In 1924 wordt
door de Limburgsche Tramweg Maatschappij (L.T.M.) een tramlijn
Roosteren-Buchten-Grevenbicht aangelegd voor goederenvervoer. De tramlijn loopt van Echt naar Grevenbicht.
Vanaf 1922
krijgt de L.T.M. van de gemeente Grevenbicht concessie om in het gebied
Kwakkertengriend zand en grind te winnen.
In 1925/1926
wordt de tramlijn met 1600 meter verlengd tot aan
de grinderij van de LTM om zand en grind te vervoeren.
De LTM gaat er in die tijd van uit dat ze ook het
kolenvervoer van de Staatsmijnen Maurits zullen
gaan uitvoeren en voorziet grote uitbreidingen van haar spoorlijnen.
Daarvoor zou veel zand en grind nodig zijn. Maar het loopt anders: de kolenlijn van de
Maurits-Grevenbicht gaat niet door en later, in 1935 besluit de minister van
Waterstaat dat de Nederlandse Spoorwegen en niet de LTM aangewezen wordt om het
kolenvervoer te verzorgen.
Ook andere ontwikkelingen zoals de aanleg van het
Julianakanaal en de oprichting van de busdienst Veders en Cramers , beide
gestart in 1925, hebben invloed op de ontwikkelingen.
De grindwinning blijkt voor de LTM lang niet zo lucratief
te zijn als gedacht, in 1927 wordt alleen nog maar voor eigen gebruik grind
gewonnen en in 1933 stopt het hele grindproject van de LTM.
Na 1933 wordt het hele spoorlijntje gesloopt.

In de jaren 50 laat de gemeente Grevenbicht in het
gebied Elba en de Griend 30 ha. Maasuiterwaarden uitbaggeren. Er wordt 10-12 meter diep gegraven om een jaarlijkse
zand- en grindproductie van 200 – 250 ton te krijgen. Een mooie bron van
inkomsten voor de gemeente!
Er worden duidelijke afspraken gemaakt: de bovenste teellaag zal tijdelijk elders opgeslagen, de gaten met mijnsteen opgevuld waarna de bovenste laag weer teruggebracht zal worden om weer prima grasland te krijgen.
Het loopt anders: de gaten zijn lang niet allemaal meer gedicht. De visvijvers op Elba zijn daarvan de overblijfselen. Veel van het opvullen is gebeurd met vervuild mijnmateriaal waar tot op heden de nadelige gevolgen van gebleven zijn.
De laatste grote overstromingen in 1993 en 1995 geven enorme overlast in de dorpen langs de Maas, ook in Grevenbicht en Obbicht.
Er moeten veel
mensen geëvacueerd worden. Koningin Beatrix komt zich op de hoogte stellen van
de situatie en spreekt de mensen moed in.
In 2010 is het nogmaals hoog water maar het levert geen problemen op voor de dorpen.
Op Elba ontstaat dan wel een grote en vrij diepe kolk, noordelijk van de noordelijke vijver.
Inmiddels staat deze kolk in de zomer helemaal vol met bloeiende planten. De reuzenbalsemienen die daar staan hebben stengels tot zo'n 3 meter om licht te zoeken.
De Maas blijft
altijd een rivier die voor verrassingen kan zorgen, maar grote
beddingverleggingen zoals in de 19e eeuw nog voorkwamen, behoren
zeer waarschijnlijk tot het verleden.
In 1995 wordt
het gebied Elba, 13 ha. groot, aangekocht door Natuurmonumenten.
Nog een stukje vrij recente geschiedenis: in 2008 wordt in Born de 18-jarige Jeanny Wagemans vermist. Een paar dagen later wordt haar lichaam gevonden bij de visvijver op Elba.
Haar voormalige vriend heeft haar om het leven gebracht en haar lichaam op Elba verborgen.