7 juli 14.00 u - 23
°C
, zonnig.
Elba is zo langzamerhand veranderd in
één groot kruiden-oerwoud. Er bloeit van alles en het wordt langzamerhand lastig om overal doorheen te komen. Vooral Pepe vindt dat niet altijd leuk en weigert soms gewoon om verder te gaan: dat gedoe door al die planten heen! Als ie nou los mocht lopen was het nog tot daar aan toe, maar zo aan de lijn is echt niks aan.
Gelukkig zijn er de paadjes die door de Galloways en Koniks zijn uitgelopen, daar kunnen we dan lekker doorheen.
Eerst maar eens langs de Maas kijken. De rivier heeft al langere tijd erg weinig water. Dat is goed te zien aan de grindoevers, daar groeit inmiddels van alles.
We gaan een tijdje lekker aan het water zitten. Goed uit te houden in het zonnetje.
Dan kun je als hond zijnde ook af en toe lekker water slobberen.
Eigenlijk trekt de konijnenjacht meer aan, maar ja. Zucht!
Langs de oever is het zo ondiep dat het water eigenlijk stilstaat. Er is van alles te zien: af en toe komt er een schaatsenrijdertje voorbij. Een grotere soort dan die bij mij in de tuinvijver zit. Er vliegen kleine libelles rond en af en toe bromt er een groter exemplaar over.
Een koppel ganzen komt zoals gebruikelijk met veel kabaal laag over het water; ze zaten iets verderop in het water, voelen zich blijkbaar door ons gestoord en laten dat goed merken.
In iets dieper water regelmatig een plons van een vis. Er zit veel alg hier aan de kant, en net waar de algen het wateroppervlak raken lopen daar vliegjes overheen. Grappig gezicht, het lijkt alsof ze over het water lopen.
Vanuit die algen en tussen de stenen uit komen regelmatig belletjes omhoog en ontstaan er kringen in het water veroorzaakt door allerlei levends wat daaronder krioelt.
We gaan weer wat hogerop kijken wat er allemaal zoal bloeit. Er staat veel kruiskruid in bloei maar ook de wilde marjolein is op het hogere deel van het gebied uitbundig aanwezig.
Origanum vulgare L., familie Labiatae (lipbloemigen)
Er zit een dagpauwoog op de plant met gesloten vleugels.
Ik pluk af en toe een bosje om te drogen, hoewel ik het zelf ook wel in de tuin heb staan.
Majoraan is vooral bekend als pizzakruid (marjolein, majoraan, origanum) maar heeft ook een goede geneeskrachtige werking: leverversterkend, is goed voor mensen met hart- en vaatproblemen en kan helpen diabetes mellitus onder controle te houden.
Opvallend is het hoge gehalte aan ijzer en aan vitamines en mineralen, vooral vit. K.
Majoraan heeft een aanzienlijk hoger gehalte hiervan dan de meeste groentes.
Heel gezond dus om een handvol majoraanblaadjes en bloemetjes door de salade of stamppot te doen.
Gedroogd ook lekker voor thee: een goed kruid voor de luchtwegen en is ook wel wat rustgevend. Dus heel geschikt als avondthee.
Maar zo op het veld is het vooral een prachtige bloeier en een uitstekende insectenplant: het gonst er van bijen, vlinders en andere insecten en heeft hen veel nectar en stuifmeel te bieden.
Het klopt dat de plant hier goed gedijt: heeft kalkhoudende, niet al te arme grond nodig en graag een zonnige plek.
En dan ook nog maar eens op zoek naar insecten, en dan vind ik deze:
Heb ik al eens vaker gezien, even de naam zoeken: ik ga bij de wespen en bijen zoeken.
In geen boek of website te vinden! Uiteindelijk kom ik er achter dat het een zweefvlieg is:
Helophilus trivittatus. Citroenpendelvlieg.
Leuk is dat, het ziet er als een heel gevaarlijke wesp uit. Dat verschijnsel heet Mimicry: een dier wat een ander, gevaarlijker dier nabootst uit zelfverdediging.
Bij mij dus goed gelukt!
De volgende is ook leuk om te zien:
Kleine rode weekschildkever ofwel Soldaatje: Rhagonycha fulva. Op boerenwormkruid, nog net niet in bloei.
Zo zie je de Soldaatjes ook vaak rondhobbelen: de paring kan even duren: in elk geval een paar uur.
Ja en dan natuurlijk mijn hoofdrolspeler:
het Sintjanskruid : Hypericum perforatum L.
Veel kleiner ook dan vorig jaar. Misschien is er een probleem met de grond, de plant vraagt toch wel wat voedselrijke grond.
Het is ook mogelijk dat de grazers ze graag lusten en dat de plant dus niet veel kans krijgt om goed te groeien.
Nou ja, ik moet het er maar mee doen.
Het kruid heet naar Sint Jan omdat het op de gedenkdag van deze heilige, 24 juni (de langste dag) bloeit.
Even naar de naam kijken: perforatum betekent geperforeerd. de bloemblaadjes maar ook de bladeren zijn geperforeerd, dat kun je zien op deze foto van een uitvergroot blad:
De plant levert een rode olie. Je kunt dat al zien als je een bloemblaadje fijnwrijft tussen je vingers: daar krijg je rode vingers van.
Over die rode olie zijn veel verhalen bekend: in oude tijden vertelde men dat het verwees naar het bloed van de god Balder: Germaanse god van de zomer, natuur en het licht.
Later werd er een christelijke legende over verteld: symbool van het bloed van Christus.
Het kruid kreeg heel veel magische eigenschappen toegedicht: men bond een bos ervan op de dak van de huizen ter bescherming tegen onweer, duivels en heksen. Ook werd het in verband gebracht met vruchtbaarheid: een vrouw die graag kinderen wilde moest in de Midzomernacht naakt het kruid gaan plukken.
Sintjanskruid heeft door alle tijden heen heel veel medicinale toepassingen gekend.
Na wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat een aantal hiervan aantoonbaar zijn.
Sintjansolie is een zeer goede huidverzorger: wordt gebruikt bij brandwondjes, verbrandingen door de zon, helpt bij het herstel van littekens en wordt vanouds gebruikt om de zwangere buik mee in te wrijven ter voorkoming van zwangerschapsstriemen.
Het is een fijne basis voor een massage olie bij spier- en bijvoorbeeld rugpijn, is ook verwarmend bij bijv. winterhanden of -voeten.
Ik heb ook goede ervaringen met Sintjansolie in een huidzalf bij o.a. psoriasis.
De olie is heel eenvoudig te maken:
rond 24 juni een heleboel bloemknopjes en net open bloemetjes plukken. Deze in een fles of pot doen, de pot mag flink vol. Dan een goede olie erover gieten: bio-zonnebloemolie bijvoorbeeld. alles moet goed onder de olie staan. Een aantal weken op een zonnige plaats zetten, elke dag even schudden. De olie wordt langzaamaan dieprood. Evt. later nog wat verse bloemknopjes/bloemetjes toevoegen. Daarna door kaasdoek zeven en de olie koel en donker bewaren.
Wel opletten: de olie is goed toe te passen als de huid wat verbrand is, maar zeker niet gebruiken als je de zon weer in gaat, dan kan er een allergische reactie ontstaan.
Inwendig kan Sintjanskruid toegepast worden als antidepressivum; maar het mag absoluut niet ongecontroleerd gecombineerd worden met reguliere medicatie.
Zoals eigenlijk voor het gebruik van elk kruid geldt: opletten wat je gebruikt, hoe je het combineert en vooral voorzichtig zijn bij kinderen, zwangere vrouwen en ouderen. Die kunnen extra heftig reageren op kruiden.
Ik maak elk jaar een fles Sintjansolie en gebruik dat vooral voor massage olie en verwerk het in cremes, gecombineerd met Etherische Olie.
Het gedroogde kruid ( het hele kruid behalve de wortels) kan als thee gebruikt worden: bij onrust, angst, depressie, spijsverteringsproblemen.
Jammer dus dat het kruid nu maar zo magertjes groeit en bloeit op Elba. Ik vind het één van de mooiste wilde planten.
Tenslotte nog een paar andere mooie bloeiers:
Zeepkruid, Saponaria officinalis L. Deze staat langs de Maasoever, ook wel in de grindoevers. Bijen, hommels en vlinders zijn er volop op te vinden.
Impatiens glandulifera Royle.
Op Elba staat de plant op de lagere gedeeltes langs de vijvers in wat schaduwrijke gedeeltes.
Reuzenbalsemien zie je heel veel langs onze rivieren en beken; op een fietstocht langs de IJssel zagen we ze kilometers lang in grote hoeveelheden.
Maar hier zie ik de plant niet langs de Maas, dat moet ook weer te maken hebben met de grond: de plant heeft stikselrijke, basische grond nodig.
Het is geen inheemse plant: rond 1915 is reuzenbalsemien geïmporteerd vanuit de Himalaya (Tibet) en India. Maar gedijt enorm in ons klimaat, op plaatsen wel wat veel zelfs.
Het is in elk geval ook een goede bijen- en hommelplant; niet alleen de bloemen maar ook de bladeren leveren nectar.